Ook jij kunt de Wiscat toets halen
Als je je inschrijft voor de pabo dan weet je doorgaans ook wel wat je te wachten staat. Eén van de dingen die je dan kunt verwachten is de Wiscat toets, oftewel de pabo rekentoets. Nu is het op zich wel logisch dat er verwacht wordt dat je goed kunt rekenen als je in het onderwijs wilt gaan werken. Toch wordt de Wiscat toets door weinig mensen met enthousiasme ontvangen omdat het grootste deel van de studenten deze toets uiteindelijk niet halen en voortijdig met de opleiding moeten stoppen. Dan kun je je afvragen of de toets echt zo moeilijk is waardoor maar weinig mensen hem halen of dat het wellicht een andere reden heeft. Het is moeilijk om voor iedere student die de Wiscat toets maakt te bepalen waarom hij of zij hem niet gehaald heeft. Maar er zijn wel een paar punten die men steeds weer terug ziet:
- Tijdsgebrek
- Slordig werken
- Gebrek aan zelfvertrouwen
- Gebruik aan basiskennis rekenen
- Te weinig vaardigheden
Gelukkig is er aan al deze punten iets te doen: oefenen, oefenen en nog eens oefenen. Door te oefenen verbeter je je kennis en vaardigheden, kom je dichterbij die voldoende die ervoor zorgt dat je door mag met de opleiding en dat is natuurlijk precies wat je wilt.
Inhoudsopgave:
Hoe gaat de Wiscat toets in zijn werk?
De Wiscat toets is een rekentoets die landelijk is ingevoerd als eis voor de pabo. Dit betekent dat je in het eerste jaar deze toets moet behalen. Je maakt hem aan het begin van het jaar en mocht je hem dan niet halen, heb je dat schooljaar nog twee herkansingen. Natuurlijk wil je het niet op deze twee herkansingen aan laten komen, dus als je hem de eerste keer niet haalt, kun je je voor de herkansing beter goed voorbereiden. Als je beide herkansingen ook niet haalt, zul je moeten stoppen met de opleiding. De Wiscat toets is een adaptieve toets die je op de computer maakt. Dit betekent dat de moeilijkheidsgraad van de toets varieert tijdens het maken van de toets. In welke mate de moeilijkheidsgraad varieert is afhankelijk van hoe goed jij de toets maakt. Hoe beter je de toets maakt, hoe hoger het niveau wordt. Maak je de toets minder goed, dan zal het niveau ook makkelijker zijn. Daarnaast heb je tijdens het maken van de toets te maken met tijdsdruk omdat er per onderdeel sprake is van een tijdslimiet. De toets kan in twee delen gesplitst worden: het hoofdrekenendeel en het niet-hoofdrekenendeel. Het hoofdrekenen bestaat uit 15 opgaven waar je 15 minuten de tijd voor krijgt. Het andere deel bestaat uit 35 opgaven waar je 75 minuten de tijd voor hebt. Je ziet dus dat je bij het hoofdrekenen ongeveer 1 minuut per vraag hebt waardoor je wellicht door zult moeten werken. Voor het andere deel heb je langer de tijd en heb je iets meer dan 2 minuten per vraag.
Een goede voorbereiding voorkomt teleurstelling
Zoals aan het begin al gezegd: oefenen is ontzettend belangrijk, zeker als je de toets eerder al een keer niet hebt gehaald. De punten die daar werden genoemd kunnen eigenlijk allemaal opgelost worden met oefenen. Maar je moet dan wel regelmatig en consequent oefenen. Het voordeel van oefenen is namelijk dat je bekend raakt met het soort vragen die je tijdens de Wiscat toets ook kunt krijgen. Door te oefenen verbeter je ook je vaardigheden en basiskennis van het rekenen. Waarschijnlijk zul je daardoor tijdens het oefenen al merken dat je steeds meer goede antwoorden geeft op de vragen. Hierdoor ontwikkel je meer zelfvertrouwen. Dit zelfvertrouwen zorgt ervoor dat je meer zelfverzekerd aan de toets begint en dus tijdens de toets ook minder stress ervaart. Ook kun je tijdens het oefenen werken aan je slordigheid. Door te oefenen met toetsen waar ook een tijdslimiet aan zit, kun je kijken hoe jij de opgaven maakt en waar en waarom je foutjes gaat maken die eigenlijk niet nodig zijn. Als je je hier bewust van wordt, kun je het veranderen en voorkom je dat je tijdens de Wiscat toets fouten maakt door het slordig werken.
Hoe kun je de Wiscat toets het beste voorbereiden?
Er zijn verschillende manieren waarop je de Wiscat toets kunt oefenen en het is afhankelijk van welke manier het beste bij jou past. De manier waarop je gaat oefenen is wellicht ook afhankelijk van waar voor jou het grootste probleem zit. Zitten jouw vaardigheden en basiskennis wel goed, maar werk je te slordig? Dan kun je je daarop richten. Maar moet je juist werken aan je vaardigheden en basiskennis, dan kun je het beste zoveel mogelijk opgaven oefenen. Gelukkig hebben er genoeg mensen ervaring met de Wiscat toets en dit zorgt ervoor dat er online oefen genoegmateriaal te vinden is. Er zijn genoeg websites waarop je oefeningen kunt vinden maar je kunt bijvoorbeeld ook verschillende online oefenpakketten kopen. Het voordeel van deze oefenpakketten is dat alles wat je nodig hebt erin zit: theorie, oefenopgaven en antwoorden met uitleg. Deze online oefenpakketten beschikken vaak over oneindig veel oefenopgaven waardoor je kunt blijven oefenen. Wanneer je het oefenen goed aan wilt pakken is het verstandig om te kijken naar hoeveel tijd je nog hebt tot aan de toets en hoe je je tijd het beste in kunt delen. Door de stof op te delen in kleinere stukken voorkom je dat je je concentratie verliest en gedemotiveerd raakt. Het is vaak effectiever om drie weken lang elke dag 2 uur te leren, dan vijf dagen acht uur achter elkaar. Daarnaast is het ook slim om te kijken op welk punt het bij jou misgaat. Dan kun je je focussen op dat onderdeel van de toets tijdens het oefenen. Toch is het ook aan te raden om de andere onderdelen te oefenen want ieder punt dat je meer haalt dan de vorige keer is er één en brengt je weer een stapje dichter bij die voldoende.
Nog meer oefenen
Wil je nog meer oefenen? Doe dan de Wiscat training. Met de Wiscat training kun je tegen een vergoeding levenslang veel gebruikte onderdelen van de rekentoets oefenen. Op die manier zorg je er voor dat je beter presteert op de rekentoets. Klik hier om verder te gaan.